|

News Impact Summit: er is hoop voor digitale journalistiek

Hoewel digitale journalistiek niet meer weg te denken is uit onze wereld, lijkt iedereen nog zoekende in wat de beste manier is om zich te profileren. Grote namen zoals The New York Times, Google en The Washington Post stonden naast NRC en Volkskrant Magazine om te vertellen over hun online plannen. De zevende News Impact Summit, dit keer in Amsterdam, was hoe dan ook gevuld met een interessante line-up.

NISAMS-26

Een bomvol Pakhuis de Zwijger met onder andere journalisten, developers, studenten wisselden kennis uit over wat online werkt en wat juist niet. Regels zijn er echter nog niet. Hoewel Amerikaanse media eerder -gedwongen- begonnen met deze hervorming, begint nu pas een wereldwijde revolutie als het gaat om online journalistiek. De samenwerking tussen journalisten en developers was een van de belangrijkste punten die naar voren kwam. Zo vertelde Local Focus over de mogelijkheden van datatools, die je kunt gebruiken om te onderzoeken of om data interactief naar voren te brengen in een artikel. Een groot deel van de Nederlandse media maakt al gebruik van de diensten van het bedrijf.

[pullquote align=”right”]Journalisten, developers, studenten wisselden kennis uit over wat online werkt en wat juist niet. Regels zijn er echter nog niet.[/pullquote]

Onthullingen in Oekraïne vanuit je leunstoel
Ook Silk.co liet dit zien. Het biedt zowel een manier om lange rijen data om te zetten in overzichtelijke grafieken, maar geldt ook als platform voor de uiteindelijke publicatie.

Een samenwerking met Bellingcat, het online platform voor burgerjournalistiek, laat goed zien wat er allemaal mogelijk is. Bellingcat bewees dat je ook zonder correspondent ter plekke met behulp van openbaar beschikbare data een reconstructie kan maken van een nieuwsfeit – in dit geval de aanwezigheid van Russisch wapentuig in Oost-Oekraïne.

Prachtig, maar op het eerste gezicht vooral geschikt voor de bovengemiddeld geïnteresseerde die niet schrikt van grote datasets met meerdere variabelen.

Crossmediale projecten á la Snow Fall
Vooral de slotsessie, een ‘haardvuurgesprek’ gaf de burger moed. Het was een vraaggesprek onder leiding van NOS-ombudsvrouw Margo Smit, die vragen stelde aan Libby Bawcombe van het Amerikaanse NPR (tot voor kort bij The Atlantic) en Geert-Jan Bogaerts, hoofd Digitaal bij de VPRO. Grote crossmediale projecten passeerden de revue, waarbij de naam Snow Fall (de beroemde multimediaproductie van The New York Times) regelmatig viel. Bij deze projecten werkten naast journalisten en cameratechnici ook developers en programmeurs mee, een samenwerking waar het bedrijf graag voor pleit.

Bij de Amerikaanse publieke radiozender NPR was goed te zien hoe bedrijfskundige modellen als waterfall, agile en lean elkaar afwisselden op redacties. Bogaerts kwam met een mooie best practice: de interactieve multimediaproductie Srebrenica.

[pullquote align=”right”]De grote vraag die deels onbeantwoord bleef: hoeveel mag zoiets kosten?[/pullquote]

De grote vraag die deels onbeantwoord bleef: hoeveel mag zoiets kosten? Terwijl media als de VPRO en NPR voor een belangrijk deel op subsidies draaien, hadden zelfs zij nog donoren nodig om dit soort Snow Fall-achtige multimediaprojecten van de grond te krijgen. Het blijft discutabel tot op welke hoogte het financieel haalbaar is om teams van tien tot vijftien personen voor langere tijd aan één project te laten werken. Vooral de samenwerking met developers is iets nieuws, omdat die een nieuwe manier van storytelling mogelijk maken.

Zoals Bogaerts terecht opmerkte: “zorg dat je in alle technische details het verhaal niet uit het oog verliest bij zulke producties. Dat is nu nog een grote uitdaging.”

Vergelijkbare berichten