Mijn debuut als correspondent in Caïro
Nauwelijks woon ik een maand in Caïro en krijg ik van Radio 1’ WNL Nacht de vraag of ik iets kan vertellen over de vastgelopen onderhandelingen tussen Israël en Hamas in Caïro. Het wordt mijn debuut als correspondent. Ik werk er al jarenlang naartoe, en opeens is het moment er.
“Je hebt acht minuten”, krijg ik via Whatsapp te horen. Dat is lang, wat een luxe. Ik bedenk wat ik ga vertellen en maak notities over welke details ik zal noemen. Het is een interessant onderwerp waar je lang over kan uitweiden. Israël wil niet met Hamas onderhandelen omdat de Palestijnse beweging als terroristische organisatie wordt beschouwd en Hamas erkent de Staat Israël niet. Alle onderhandelingen gaan daarom via Egypte, dat graag een belangrijke speler in de regio wil zijn. Kwart voor 6 ’s ochtends Caireense tijd zal Radio 1 bellen.
[pullquote align=”right”]Dan komt de onthoofdingsvideo van James Foley langs[/pullquote]
Voordat ik nog even ga slapen, zie ik op Twitter dat bij Jeruzalem het luchtalarm afgaat. Er worden dus grote raketten vanuit Gaza afgevuurd. Dan komt de onthoofdingsvideo van James Foley langs. Het is sinds de opmars van IS niet de eerste, maar mijn maag keert om en ik voel mij naar van het nieuws. Vreselijk, net als voor alle Syriërs en Irakezen die hetzelfde is overkomen. Ik sta aan het begin van mijn journalistieke carrière, en Foley eindigt zo.
Van interesse naar fascinatie
Op 21 juli ben ik voor onbepaalde tijd naar Caïro gekomen. Officieel ben ik nog student Journalistiek in Utrecht. Om mijn interesse in het Midden-Oosten meer vorm te geven, nam ik een semester uit mijn studie en verbleef ik van juni 2013 tot eind januari 2014 in Caïro om Arabisch te leren. En om te kijken of het leven in de grootste stad van het Midden-Oosten mij zou bevallen.
Terug in Nederland in de gangen van de school, kwam ik er al snel achter dat ik terug wilde naar het Midden-Oosten. In Egypte zou ik dan mijn Arabisch uitbreiden tot ik ermee kan werken, mijn tweede stage lopen, de studie Journalistiek afronden en een leven opbouwen als correspondent. Sinds ik ruim zeven maanden in Caïro had gestudeerd, was mijn fascinatie voor het Midden-Oosten alleen maar gegroeid en snapte ik de Arabische wereld beter. Vrijwel niets anders interesseerde mij nog. [pullquote align=”right”]Nu leef ik ook nog eens in mijn Playmobilwereld[/pullquote]
Mijn moeder vertelde dat ik vroeger ook al zo was, maar dan met Playmobil. Alles draaide bij mij om Playmobil. Er was niks anders wat mij interesseerde. Het was het enige speelgoed dat ik wilde, alle Playmobilcatalogussen van de afgelopen jaren werden netjes in een map bewaard en op vakantie speurde ik speelgoedwinkels af naar wat voor Playmobil ze daar hadden. Toen er in de buurt een winkel leegstond, was ik hoopvol: “Misschien komt er wel een Playmobil winkel in!”
Nu is het Midden-Oosten mijn Playmobil. Alleen leef ik nu daadwerkelijk in mijn Playmobilwereld.
Koortsachtig wachten op telefoontje
Na een paar uur slaap en een kop koffie wacht ik op het telefoontje uit Hilversum. “Goedemorgen Joost, je klinkt wakker, dat is goed”, zegt een opgewekte producer die mij doorschakelt. Ongeduldig wacht ik tot het onrustige liedje voorbij is en de presentator begint over de vastgelopen onderhandelingen. Daar gaat ‘ie dan.
Als ik ophang schieten allerlei dingen door mijn hoofd waarvan ik dacht dat ze mis gingen. De volgende dag luister ik mijn inbreng terug en vind ik het eigenlijk wel goed voor een debuut. Ik stuur het fragment door aan bevriende correspondenten en radiojournalisten en vraag om kritiek en tips. De reacties zijn erg positief, maar ik moet op sommige momenten bij belangrijke zaken langzamer praten en mijn stem gaat onnodig aan het eind van de zin omhoog. Met een tevreden gevoel na mijn debuut ga ik verder met mijn lessen Arabisch. Er is nog meer dan genoeg te leren in deze Playmobilwereld.