|

Als de journalisten weg zijn ontstaan clichés en onbegrip

De aanslag in Nairobi was groot nieuws. Net als de demonstraties in Istanbul of Rio de Janeiro afgelopen zomer. Maar wat gebeurde daarna in Turkije en Brazilië? Rondom Gezi Parki bleef er gedemonstreerd worden, maar dat zagen we nauwelijks terug in het nieuws.

Teveel ‘quick-hit journalism’
Media maken zich veel te vaak schuldig aan “quick-hit journalism”, betoogt Christian Christensen in zijn opiniestuk ‘What happens after journalists leave the violence?‘ op Al Jazeera. Juist de nasleep van nieuws is belangrijk om te melden.

De professor journalistiek aan de universiteit van Stockholm geeft het voorbeeld van Irak, een land dat na de Amerikaanse bezetting in de vergetelheid raakte. Want ‘nation-building’ en de nasleep van een oorlog zijn niet “sensationeel” en hebben niet genoeg “heat” voor de nieuwsredacties. Totdat er weer een grote aanslag wordt gepleegd. Was Al-Shabaab bijvoorbeeld niet verdreven en verslagen? Christensen:

[I] would argue that – like Iraq – coverage of Tehran, Gezi and Rio is part of a much larger pattern of quick-hit journalism with relatively little follow-up, which in turn re-enforces stereotypical images of certain nations – almost always non-Western – as existing in a perpetual state of crisis. Importantly, it is precisely the juxtaposition between supposed Western “calm” and non-Western “crisis” that has been used – at least partially – as an underpinning for various military and/or economic actions. Or, to put it another way, public support for military or other forms of punitive action is undoubtedly boosted by both the perception that certain parts of the world are inherently violent, and a lack of knowledge of the complexities of domestic politics in those regions.

Onvolledige berichtgeving zorgt voor clichés en onbegrip bij nieuwsconsumenten
En zo krijgen nieuwsconsumenten een onvolledig beeld van het land, worden clichés bevestigd en blijft de complexiteit van de politieke, sociale en economische ontwikkelingen obscuur. Christensen:

Iraq is perhaps the best example of this: While the world’s media zoomed in on the country following the invasion, the drop-off in coverage once the occupation had become “old news” made it extremely difficult for the average news consumer (in other words, not academics or think-tank members) to follow and understand the incredibly complex political environment in Iraq.

Plicht van de journalist
Oorlog en schandalen verkopen kranten. Maar deze beperkte verslaggeving heeft ook te maken met het feit dat journalisten en media nu eenmaal beperkte middelen hebben en niet alles kunnen verslaan, geeft Christensen toe. Toch is het de plicht van journalisten om de nieuwsconsument te informeren over de nasleep van ‘groot nieuws’, vindt hij.

News organisations face certain political economic realities, and it is impossible to cover everything. Yet, by choosing to focus on the violent, the tense and the bloody, news organisations have opened doors they must be willing to walk through, which in this case means letting news consumers know what the outcomes of that violence, tension and blood-letting might be. Sometimes, the protests continue. Sometimes, the protests result in political change. Sometimes both. Sometimes neither. Without these longer-term details, however, we relegate important geo-political occurrences to the level of ephemeral events lost in a sea of ever-flowing stories. That is a disservice with potentially serious consequences.

Het publiek heeft recht op het begrijpen van complexe sociale, politieke en economische ontwikkelingen, hoe moeilijk die ook zijn. Zelfs als datzelfde publiek er niet op zit te wachten.

Lees het hele artikel van Christensen op Al Jazeera.

Vergelijkbare berichten