Moordenaars journalisten vaak onbestraft
In veel landen blijft het vermoorden van journalisten onbestraft. Irak loopt het sterkst achter, sinds 2004 werden daar 100 journalisten vermoord zonder dat er ooit één moordenaar veroordeeld werd.
Dat is de conclusie van het Committee to Protect Journalists (CPJ), die in hun jaarlijkse Straffeloosheidsindex de vervolging van journalistenmoordenaars nagaat. De index geeft weer hoeveel moordenaars er in een land nog veroordeeld moeten worden, als percentage van het aantal inwoners. Als er in een land vijf moorden onopgelost blijven, komen ze terug in de lijst.
Somalië en de Filipijnen
De tweede plek in de lijst is voor Somalië. De index voor de niet- of nauwelijks functionerende staat in de Hoorn van Afrika gaat voor het zesde achtereenvolgende jaar achteruit. Op nummer drie staan de Filipijnen. Hoewel er daar verbetering zichtbaar is (de man die journalist Gerardo Ortega doodschoot, kreeg mei vorig jaar levenslang) zijn er nog 51 zaken onopgelost.
In Syrië, dat dit jaar voor het eerst is opgenomen in de lijst, kwamen in de afgelopen twee jaar meer dan 60 journalisten om het leven. Sri Lanka staat vierde, en met uitzondering van China komen de BRIC-landen allemaal voor in de lijst.
Bedreiging en marteling
De impact van moorden op journalisten is volgens CPJ groot, omdat de moordenaars in veel gevallen vooraf al bedreigingen sturen. Ook werd het slachtoffer in bijna een derde van de gevallen gemarteld. Volgens de onderzoekers is straffeloosheid een aanjager voor geweld tegen journalisten. De samenstelling van de lijst is in tien jaar tijd bijna hetzelfde gebleven.
Waar moorden op Westerse correspondenten vaak het nieuws halen, zijn het in bijna alle gevallen lokale journalisten die de dood vinden. Afghanistan is een van de weinige landen waar juist meer buitenlandse journalisten werden gedood.