|

Aan de slag in een nieuw land

Hoe werk je als verslaggever in het buitenland? In deze serie houdt correspondent Benjamin Dürr een dagboek bij over alledaagse en persoonlijke problemen, over ethische en praktische vragen waar je tegen aanloopt als je nieuw bent in een land.

Dag 1. Ja, ik hoorde erbij: de grote groep Duitsers – waarschijnlijk de meerderheid – die niet veel meer kende van Nederland dan Amsterdam, windmolens en tulpen. Dat was natuurlijk net zo verkeerd als wanneer mijn nieuwe buurvrouw op de eerste avond in Zuid-Afrika tegen mij zegt dat het enige wat zij van Duitsland weet, de Holocaust is.

Na bijna drie jaar in Nederland veranderde dat beeld en heb ik het gevoel beter te weten hoe het land functioneert en de Nederlanders tikken. Afgezien van de invoering van de dierenpolitie en de passie voor kroketten dan.

Nu begint het opnieuw. Ik ben naar Zuid-Afrika verhuisd om verslag te doen van het zuidelijke Afrika. Thuis kent men Mandela en weet men wel iets over apartheid, aids of geweld. Voor mijn vertrek las ik onder meer een Mandela-biografie en verdiepte ik mij in de geschiedenis van apartheid en ANC. Maar het bleef oppervlakkig.

Een land begrijpen is een proces. Het is een ingewikkelde procedure in je hoofd die tijd en moeite vergt: na een tijd verdwijnen de stereotypes; je herkent patronen, een bepaalde manier van denken op grote schaal, maar ook bij individuen, gewone mensen.

De columns in de volgende weken zullen over dit proces gaan. Over de issues en vragen waar je tegenaan loopt. Hoe begin je als correspondent of verslaggever in het buitenland? Hoe vind je onderwerpen en wat doe je als er niets gebeurt? Hoe ga je om met eenzaamheid en maak je contacten?

Dag 2. De eerste avond is cruciaal. Maar misschien nog belangrijker is de eerste ochtend. Wakker worden in een nieuwe omgeving, zien waar ik ben: de zon en de lucht zijn anders, de vogels buiten klinken anders. Het is een ander gevoel dan de eerste vakantiedag, want ik weet: hier blijf ik niet slechts een week, dít is nu thuis. Dat betekent ook: ik moet wennen, en wat ik nu nog vreemd vind, moet ik leren accepteren. Ik moet er mee leven.

Dag 9. Johannesburg is geen stad voor toeristen. Voor sightseeing heb je maar één dag nodig. Ik ga naar het apartheid-museum. Je krijgt willekeurig een zwart of een wit entreebewijs en gaat vervolgens door de passende deur. Een sterk en indrukwekkend symbool. Nog nooit eerder vond ik het idee om een samenleving op basis van huidkleur te scheiden zo raar. Het is niet leuk om te zien, maar na meer dan twee uur heb ik het gevoel meer te weten. Over apartheid. En ik begin te begrijpen waarom die tijd nog steeds een rol speelt in Zuid-Afrika. Het is het begin van mijn proces om het land te leren kennen.

Benjamin Dürr was correspondent in Nederland voor het Duitse nieuwsblad SPIEGEL ONLINE en DER SPIEGEL. Hij werkt nu als verslaggever in Zuid-Afrika. Op Twitter: @benjaminduerr.

Vergelijkbare berichten