Westerse journalistieke normen in China?
Correspondenten in China leggen met hun westerse journalistieke achtergrond verslag van het nieuws in een land zonder persvrijheid waar overheden hen direct en indirect hinderen tijdens hun werk. Welke invloed deze situatie heeft op de berichtgeving van journalisten over China wordt in dit laatste deel van dit vierluik uiteengezet.
De gevolgen van het optreden van de Chinese overheid zijn voelbaar op verschillende terreinen in het werkveld van de correspondenten: het type onderwerpen waarover verslag gedaan kan worden, de bronnen die benaderd kunnen worden, de transparantie van de berichtgeving en de informatie waar correspondenten over kunnen beschikken.
Onderwerpen
Correspondenten selecteren nieuwswaardige gebeurtenissen die zich ervoor lenen een goed en divers beeld van China te schetsen. Er is echter geen volledige vrijheid bij onderwerpen waar de centrale overheid geen media-aandacht over wil omdat deze de Chinese overheid in een negatief daglicht kunnen plaatsen of Chinese burgers kunnen stimuleren kritiek te hebben op de overheid. Voorbeelden zijn: schendingen van de mensenrechten, overheidsfalen, negatieve historische gebeurtenissen, het bekritiseren van Chinese leiders of de situatie in Tibet.
Een probleem voor correspondenten is dat het niet altijd duidelijk is welke onderwerpen gevoelig zijn en dus tegenwerking kunnen opleveren. Dit is afhankelijk van het type onderwerp, actuele gebeurtenissen en de algehele ‘stemming’ van de overheid. Het betreden van Tibet is bijvoorbeeld altijd verboden voor journalisten hetgeen het vrijwel onmogelijk maakt er verslag van te doen of inwoners te spreken. Daarnaast worden publicaties over de Nobelprijs voor de Vrede evenmin gewaardeerd.
Correspondenten die toch proberen ongewenste onderwerpen te verslaan of een poging doen om bronnen hiervoor te benaderen worden door de overheid beschouwd als een risicofactor en worden daarom gevolgd door regionale staatsveiligheidsdiensten.
Sommige thema’s blijven altijd ongewenst zoals het bloedbad op het plein van Hemelse Vrede in 1989. Alleen al het refereren aan deze gebeurtenis in berichtgeving kan de overheid tegen de borst stuiten. Het wordt gezien als een onderwerp wat tot nieuwe protesten onder de burgerbevolking kan leiden. Als correspondenten zich niets aantrekken van deze regels riskeren zij bijvoorbeeld het verlies van hun journalistenvisum.
Bronnen
Correspondenten maken gebruik van uiteenlopende bronnen, variërend van gewone burgers tot experts. Bij alledaagse of opmerkelijke onderwerpen is het makkelijk een ingang te vinden. Er is dan relatief grote openheid onder bronnen, soms is deze zelfs groter dan in het thuisland van de correspondent. Veel onderwerpen die journalistiek interessant zijn, zijn echter gevoelig en dan is de openheid zeer gering.
Bij gevoelige onderwerpen zijn vooral wanhopige burgers een bron omdat zij hulp nodig hebben bij hun problemen met de overheid. Deze burgers proberen hun doel te bereiken door publiciteit te zoeken via Westerse journalisten. Het is voor burgers niet zonder risico dit te doen want ze kunnen worden gearresteerd, gevangen gezet of slachtoffer worden van fysiek geweld. Bronnen vrezen daarom voor hun eigen veiligheid en voor die van hun omgeving.
Bij ingrijpende gebeurtenissen waarschuwt de overheid burgers direct om niet met correspondenten te spreken. Zij maakt duidelijk dat burgers dan risico lopen. De overheid kan fors ingrijpen om ervoor te zorgen dat informatie niet verspreid wordt. Dit maakt het voor correspondenten lastig bronnen te vinden. Veel burgers willen niet openlijk praten of trekken zich tussentijds terug. Zij zijn uiterst voorzichtig en passen zelfcensuur toe.
Transparantie
Correspondenten zijn uiterst waakzaam ten aanzien van de risico’s die hun bronnen lopen. Vooral Chinese burgers die als bron fungeren lopen gevaar en niet zozeer de correspondenten zelf. Transparantie is om deze reden niet altijd mogelijk. Het is afhankelijk van het onderwerp of de bronnen worden vermeld. Bij gevoelige onderwerpen gebeurt dit nooit. Met name gewone burgers worden in bescherming genomen omdat ze niet altijd op de hoogte zijn van de risico’s:
“Je wordt in de praktijk meestal ertoe gedwongen om voorzichtig om te springen met bronnen en met vindplaatsen van materiaal, omdat de ervaring leert dat de Chinese staat een wraakzuchtige inborst kan hebben. Mensen worden gewoon achteraf gestraft voor het praten met buitenlandse journalisten.”
Vanwege eventuele repercussies treffen correspondenten voorzorgsmaatregelen en maken ze duidelijke afspraken met hun bronnen. Correspondenten bepalen strategisch waar ze het beste af kunnen spreken. Daarnaast laten ze tijdens het schrijven namen weg of verzinnen een pseudoniem die de bron niet traceerbaar maakt voor de overheid. De correspondenten vinden de veiligheid van hun bronnen belangrijker dan transparantie.
Type bronnen
Door het optreden van de Chinese overheid zijn primaire bronnen zeldzaam. Correspondenten krijgen in de meeste gevallen informatie van secundaire of derdehands bronnen. Het is afhankelijk van het onderwerp welke bronnen ter beschikking staan. Bij politieke onderwerpen, waarbij de visie van de Chinese overheid van belang is, zoeken correspondenten naar “vervangende officiële bronnen”, omdat partijfunctionarissen onbenaderbaar zijn en de correspondenten toch een bruikbare quote of extra informatie nodig hebben.
De dagelijkse persbriefing van het ministerie van Buitenlands Zaken, de Chinese staatsmedia en berichtgeving van het staatspersbureau kunnen als vervangende bron dienen. De correspondenten zoeken hierbij naar statements die de visie van de overheid weergeven en bruikbare quotes bevatten. In sommige gevallen doen ze desondanks geen bruikbare informatie op en vermelden ze openlijk in de verslaglegging dat de informatie uit officiële bronnen beperkt is.
Een meerderheid van de correspondenten vertelt dat de informatie uit vervangende officiële bronnen onderworpen is aan de gekleurdheid van het communistische regime. Dit houdt in dat de informatie positief is over het handelen van de centrale overheid en niet ingaat op negatieve gebeurtenissen. Persbriefings, staatsmedia en het officiële persbureau van China leveren alleen propaganda aan. De correspondenten houden hier rekening mee in hun zoektocht naar geschikte bronnen over een politiek onderwerp.
Diverse bronnen
Correspondenten zijn door de omstandigheden in China genoodzaakt verschillende bronnen achter de hand te hebben. Lokale journalisten, zakenmensen of wetenschappers dienen soms als bron, naast formele instanties. Alleen in zeldzame gevallen hebben de correspondenten een geïntegreerd netwerk waarbij ze contact hebben met lokale journalisten. Alle correspondenten proberen een diverse en constante stroom aan informatie te genereren.
De correspondenten vertellen dat wetenschappers informatie kunnen verstrekken over zowel de overheid als culturele, economische, maatschappelijke, historische en actuele onderwerpen. Wetenschappers kunnen het belang van een bepaalde gebeurtenis voor het Westen uiteenzetten. Het blijft echter moeilijk om bij gevoelige thema’s wetenschappers te benaderen. Zij vertrouwen buitenlandse journalisten niet voldoende om zonder meer mee te werken.
Omstreden gebeurtenissen zijn voor bronnen niet aantrekkelijk om commentaar op te geven. Een voorbeeld is de uitreiking in 2010 van de Nobelprijs voor de Vrede aan de gevangen mensenrechtenactivist Liu Xiaobo. Het zorgde ervoor dat wetenschappers geen commentaar wilden geven omdat ze indirect de overheid konden beledigen.
Informatievoorziening
Door de grootte van China en de censuur is het moeilijk te achterhalen wat er in het land gebeurt. De correspondenten maken daarom gebruik van verschillende kanalen die hen in de gelegenheid stellen een inventarisatie van allerlei informatie te maken. Een voorbeeld van zulke kanalen zijn de mediaprojecten van internationale universiteiten zoals China Media Project van de University of Hong Kong. Zij vertalen belangrijke nieuwsberichten in het Engels en maken deze online wereldkundig.
Internet en sociale media vervullen een belangrijke rol voor de correspondenten in de informatievergaring en het benaderen van bronnen. Beide zijn minder onderworpen aan censuur vanwege het zeer hoge aantal gebruikers en de snelheid waarmee informatie of meningen online geplaatst worden. Volgens de correspondenten kan ”de overheid hier niet tegen op censureren”.
De Chinese variant van Twitter, Weibo, is voor de correspondenten een belangrijk middel om te observeren welke onderwerpen worden aangekaart en welke de meeste aandacht krijgen onder de gebruikers. Kritische meningen en oproepen worden sneller geventileerd omdat het veiliger en anoniemer is. Hierdoor is het voor de correspondenten een relevante graadmeter voor de vox pop in de samenleving. De correspondenten en hun lokale assistenten houden het social mediaplatform dagelijks bij.
Conclusie
Al met al blijken westerse journalistieke waarden van weinig waarde bij het werken in China. De Chinese overheid legt correspondenten diverse beperkingen op en kan hen straffen voor negatieve berichtgeving door hun journalistenvisum in te trekken. In uitzonderlijke gevallen doet de Chinese overheid dat ook. De correspondenten anticiperen hierop door het anonimiseren van de bronnen en onopvallend te werk te gaan, om zo hun werkzaamheden uit te kunnen blijven voeren.
De werkomgeving van correspondenten in China is onoverzichtelijk: regels kunnen onverwacht en achteraf veranderen. De overheid komt vooral met non-informatie, geeft geen antwoord op vragen en verhindert op verschillende plekken de nieuwsgaring. Dit maakt dat correspondenten zich ook moeten bedienen van Chinese media, die wellicht nog meer last hebben van onderdrukking door de Chinese staat.
De kans dat westerse burgers een volledig beeld krijgen van China lijkt al met al klein. Desalniettemin doen correspondenten hun best een divers en volledig beeld van China te presenteren. Zij zullen echter altijd te maken hebben met de macht en willekeur van de Chinese overheid.
Dit is deel 4 van een vierluik over het werk van buitenlandse correspondenten in China. Dit vierluik is gebaseerd op de masterscriptie van Ivana Zolak. Dit deel verscheen eerder op De Nieuwe Reporter.
Ivana Zolak studeerde af aan de Erasmus Universiteit Rotterdam op het werk van correspondenten in China. Chris Aalberts is docent en onderzoeker politieke communicatie.