|

‘Hoe wijd zijn zij voor jou?’ Vooroordelen in Namibië

Ik stond in het toilet van een bar in Windhoek, de hoofdstad van Namibië. Ik reisde daar een maand of twee geleden een paar weken rond. Er kwam een donkere man binnen, iets jonger dan ik. Hij nam het urinoir naast mij in gebruik, keek mij serieus aan en vroeg me zonder omwegen of dubbele tong: ‘Heb jij het wel eens met een zwarte vrouw gedaan?’

Ik keek hem verbaasd aan, vroeg me af wat hem dat in godsnaam aanging, maar voordat ik het wist had ik al geantwoord.

‘Hoe wijd waren zij dan voor jou?’ Hij stelde de vraag echt, ik moest me daar even van laten doordringen. Hij lachte er niet bij, leek geen gêne te koesteren en klonk niet verbaal agressief. Hij leek het oprecht te willen weten.

‘Hoe bedoel je’, vroeg ik, om me er nog eens van te verzekeren dat ik het niet verkeerd had verstaan.

‘Nou gewoon, je weet toch dat blanke mannen een veel kleinere pik hebben dan Afrikanen? Dus ik dacht: Afrikaanse vrouwen zullen wel wijd voor jou zijn.’

Ik voelde me opeens ongemakkelijk, bekeken, zonder te weten of hij mij bekeken had. Ik wist ook niet goed wat ik moest antwoorden. Ik voelde er in ieder geval weinig voor om de geslachtsdelen naast elkaar te leggen en op te meten.

Maar ik hoefde helemaal niet te antwoorden, zo bleek. Mijn gesprekspartner ging naadloos over op een ander onderwerp. ‘Waar kom je vandaan? Oh, uit Amsterdam… Coffeeshops!’

Generalisaties
Na een kort gesprek over wiet liep ik het toilet uit en voelde me raar. Ik had het idee dat wat ik ook had geantwoord – als ik had geantwoord –, het er niet toe zou hebben gedaan. Het vaak gehoorde vooroordeel dat zwarte mannen groter geschapen zijn, is nu eenmaal zo diep ingesleten dat niemand meer oog heeft voor eventuele nuancering.

Ik had bijvoorbeeld kunnen antwoorden dat er naar penislengte nooit gedegen onderzoek is gedaan; dat zelfs áls zwarte mannen gemiddeld groter geschapen zijn, dit nog niet wil zeggen dat elke zwarte man ‘groter is’; en dat het twijfelachtige onderzoek dat bestaat, een vrij klein gemiddeld verschil (wel in het voordeel van de zwarte man) constateert. Maar hij had toch niet geluisterd.

Opeens kon ik mij de frustratie van veel zwarte vrienden voorstellen. Eerder had ik vaak gedacht: Wat maakt het nu uit? Waarom altijd zo fel als het over duidelijk loze vooroordelen gaat? Waarom altijd zo krampachtig? Kom op, je weet toch dat het onzin is als een blanke wéér begint over dat niet kunnen scoren bij voetbal, dat lui zijn, dat te laat komen, dat niet kunnen zwemmen. Zelfs al zou het waar zijn, kun je er toch de oorzaak van beredeneren, de misplaatste generalisatie met gedegen argumenten ontkrachten of uitleggen, je schouders erover ophalen?

Penis enlargement
Maar nu begreep ik dat het best frustrerend is als je van tevoren weet dat je met geen mogelijkheid zo’n misverstand de wereld uit kunt helpen – zelfs al raakt dat misverstand je niet echt. Dan nog is het vervelend als je weet dat de ander simpelweg niet naar je wil luisteren, als die ander niet overtuigd wil worden. En in mijn geval ging het over iets onbenulligs als penisgrootte. Altijd horen dat je dom of lui bent lijkt me een stuk beledigender.

Direct erna bedacht ik echter ook hoe vervelend vooroordelen zijn voor degene die zulke clichés koestert. Want ook hij dient vervolgens naar dat vertroebelde wereldbeeld te leven. En ook dat is niet altijd makkelijk. Het verklaart alle advertenties voor penis enlargement die je door steden in zuidelijk Afrika aantreft. De echte slachtoffers van het penisvooroordeel zijn (zoals zo vaak) niet de blanken, maar de klein(er) geschapen zwarte mannen. Die voelen zich pas écht onzeker.

Mensen die zeggen dat stereotypen niet schadelijk zijn en zelfs noodzakelijk om de complexe wereld te ordenen, zijn kortzichtig – en bijna altijd blank bovendien.

Vergelijkbare berichten